“Ik heb drie boekenkasten. Twee daarvan staan thuis, en deel ik met mijn lief. Boven staat de grootste; het archief van gelezen en nog te lezen romans, poëzie en kinderboeken. Beneden, in de woonkamer, staat een kleine kast, voor een strenge selectie speciale boeken. Zijn verzameling Jan Wolkers, mijn collectie Astrid Lindgren, en daartussen een paar boeken die wij beide bijzonder vinden.

De derde boekenkast staat op mijn atelier en is gevuld met inspiratie. De foto laat vier boekenplanken zien: Linksboven begint het met een rijtje schetsboeken, gevolgd door mijn kleine verzameling zines en andere ‘onafhankelijke’ uitgaves. Linksonder start met enkele boeken met (semi)wetenschappelijke illustraties, direct opgevolgd door boeken over (typo)grafische vormgeving en illustratie. Daarnaast staan de paar graphic novels die ik heb, maar lopen ook de prentenboeken uit het vak rechtsonder over. Rechtsonder dus de mooiste prentenboeken die ik bezit, zoveel mogelijk geordend op uitgeverij en illustrator. Het vak daarboven geeft plaats aan de kleinere prentenboeken en geïllustreerde leesboeken.

Boven en onder deze planken is de kast gevuld met stapels papier, dozen vol postkaarten, andere dozen voor oude projecten, lades gevuld met atelierbenodigdheden. Links gaat de kast het hoekje om, en worden de boekenplanken voornamelijk bewoond door kunstenaars en hun catalogi en monografieën. Daarboven en daaronder wederom vooral opslag van materiaal en projecten uit het verleden. Op de tweede foto de stapel van mijn eigen boek, voordat het uitvliegt naar de boeken- en vitrinekasten van nieuwe eigenaren. Het is de volledige oplage van ‘Schobbejacques en de 7 geiten’, het sprookje dat ik zelf schreef, illustreerde en vervolgens handmatig drukte en inbond tot de zesendertig boeken die je nu hier ziet.”

(Voor een visueel verslag van het maakproces: www.merlijnemarell.tumblr.com)

MM