“De werken van Mark Kramer herinneren aan de betoverde werelden van stippenkoningin Yayoi Kusama. De perforaties in het oppervlakte vormen een soortgelijke bezwering van ruimte en tijd. Het voorziet de figuren ook van een bepaalde anonimiteit en maakt hen onderdeel van een groter geheel. Houdingen zijn speels en zinloos en refereren aan de verloren positie van het individu in onze maatschappij. Door de figuren te laten verzinken in het oppervlakte tracht Kramer hen van een bepaalde individualiteit en reflectie te voorzien. Ondanks het feit dat zij hulpeloos en verloren lijken, geven de perforaties structuur en houvast en maken zij de figuren tot componenten van een groter geheel.”
Neel Diekema, 2015